Vinden…? Maar willen mantelzorgers gevonden worden?

Leven in balans, Mantelzorg, Zorg & Welzijn 21 Reacties

Staatssecretaris Martin van Rijn heeft veel oog voor mantelzorgers. In het voorjaar van 2014 benoemde hij zijn drie speerpunten m.b.t. mantelzorg: versterken, verlichten en verbinden. Dat stemde mij gelijk positief, zeker bij al die veranderingen en transities in de zorg.

Later zag ik dat diverse instanties het woord ‘vinden’ aan de speerpunten van de Staatssecretaris hadden toegevoegd. Het staat zelfs vooraan: Vinden, versterken, verlichten en verbinden. Mantelzorgers moeten gevonden worden…? Waarom zou ik gevonden moeten worden…? En waarvoor..? Ik begrijp het niet helemaal, ik lees het, neem het in me op en laat het op dat moment voor wat het is.

Totdat ik enkele maanden geleden een lezing hield over het combineren van werk en mantelzorg. De opkomst was beperkt die avond. De consulente van het Steunpunt Mantelzorg lichtte toe: ‘We bereiken ook niet alle mantelzorgers en kennen ook niet elke mantelzorger in de gemeente. Het is belangrijk dat die gevonden worden.’ Aha, daar is het ‘vinden’ weer. Ik vraag haar naar het waarom van dit vinden. ‘Omdat dat belangrijk is’ zegt ze. Ik vraag nog een keer: ‘Waarom is dat dan belangrijk?’ ‘Omdat we ze dan kunnen inschrijven… ‘Ik leerde ooit de tip: 3 x waarom vragen kan helpen om bij de daadwerkelijke argumenten of redenen te komen en dus vraag ik nogmaals of ze mij kan uitleggen waarom dat inschrijven belangrijk is. ‘Gewoon, dan kunnen we ze allerlei informatie sturen..’ Ik doe een laatste poging en formuleer het anders: ‘Wat zou mijn drijfveer kunnen zijn om me bij het Steunpunt Mantelzorg in te schrijven?’ Ze herhaalt dat het gewoon belangrijk is dat mantelzorgers zijn ingeschreven. Dat was vier keer, ik geef het op.

Maar ik lees het steeds meer. Zoals gisteren op twitter: “Steunpunt op zoek naar mantelzorgers” In de bijgevoegde link is te lezen dat het betreffende mantelzorgsteunpunt een kaartenactie start om mantelzorgers te bereiken. Want, staat er: “Veel mantelzorgers komen niet bij het steunpunt terecht, omdat ze hun zorg voor naasten vaak niet als mantelzorg beschouwen.’ Ja, dat begrijp ik wel. Dat mensen zich geen mantelzorger noemen. Je wil vooral moeder, dochter of partner zijn en de zorg voor je naaste een plek geven in je leven, maar niet je leven erdoor laten beheersen. Je leven boven de zorg en de ziekte uittillen, zei een tijdje geleden iemand tegen me.

In de nieuwe wetgeving is verankerd dat lokale overheden de taak hebben om mantelzorgers te ondersteunen. Een wettelijke taak uitvoeren betekent ook verantwoording afleggen aan een hoger orgaan. Vanuit dat perspectief snap ik dat ‘willen vinden’. Gemeenten willen een beeld kunnen geven over aan wie en hoeveel ondersteuning ze aan mantelzorgers bieden.

Maar dat ‘willen vinden’ zit me toch dwars merk ik. Het voelt betuttelend. Ik zie me gelijk in een of ander database of kaartenbak zitten, samen met anderen een stapeltje mantelzorgers zijn. Die vervolgens geholpen moeten worden, door die kaartenbak-instantie. Omdat de wetgever dit bepaalde. Maar misschien wil ik dat helemaal niet. Of wil ik zelf het initiatief nemen of ik geholpen wil worden. Wanneer en waarmee ook zelf kunnen bepalen en vooral ook door wie. Door iemand die vertrouwd is of zoals mijn man zegt: ‘Waar je een klik mee hebt.’

Meest kwalijke vind ik eigenlijk dat van mantelzorgers daarmee een nieuwe groep hulpbehoevenden gemaakt wordt. En dat is volgens mij absoluut niet nodig, een verkeerd signaal ook. Mantelzorgers zijn krachtige mensen, die vooral ruimte nodig hebben. Ruimte om ook goed voor zichzelf te zorgen. Ruimte om zelf te kunnen formuleren waarmee, wanneer en hoe ze geholpen willen worden. Zij moeten vooral niet verstikt worden met een aangeprate hulpbehoevendheid. Bovendien wordt door veel instanties op voorhand uitgegaan van het zwaar-zijn van mantelzorg en dat is dan vervolgens bepalend voor het hulpaanbod. Mensen die voor een naaste zorgen worden zo in hun ruimte voor eigen initiatief beperkt en het maakt mensen reactief in plaats van creatief.

Ik praatte er o.a. over met Nico de Boer (@Nico_de_boer) en luisterde naar de inspirerende woorden van Jan Rotmans (@JanRotmans) en ook andere kantelaars. Ik hoor steeds opnieuw: de burger is aan zet, de burger wil ook aan zet zijn. Burgers die de regie willen hebben en ook goede ideeën hebben hoe ze hun leven willen inrichten.  Dat vraagt voor een overheid die past bij creatieve burgers en hen niet afhankelijk houdt of maakt.

Want door op zoek te gaan naar mantelzorgers creëren instanties juist een (hulp)vraag en wordt – volgens mij – de afhankelijkheid door burgers van de overheid in stand gehouden, zelfs vergroot. Terwijl de veranderingen in de verzorgingsstaat juist beogen om het initiatief en de eigen kracht van burgers te stimuleren. Burgers willen dat ook. Instanties geven – volgens mij –juist een verkeerd signaal af wanneer ze mantelzorgers willen vinden. Ik denk daarom dat het beter is om het geheel om te draaien. Niet trachten mantelzorgers te vinden, maar ik zou tegen deze instanties willen zeggen: zorg dat je gevonden wordt.

8 januari 2015

< VorigeVolgende >

Reacties 21

  1. Helemaal mee eens. Ik ben geen mantelzorger maar ik zie wel het rare ding gebeuren. De mantelzorger moet inderdaad opgespeurd worden omdat de gemeente verantwoordelijk is. Het woord verantwoordelijk maakt dat we gaan betuttelen. Een mantelzorger moet het moeilijk hebben want het is onze taak hem in zijn eigen kracht te zetten. Wat die eigen kracht dan ook moge wezen.
    Helemaal mooi dit blog. Ik schreef ook over het betuttelen: http://www.stukverder.nl/zelfredzaamheid-is-het-nieuwe-betuttelen/ en over de lege huls van eigen kracht: http://www.stukverder.nl/tussenvoorziening-maar-dan-letterlijk/

    1. Dank je Chiel voor je mooie woorden. Mag ik daarop reageren door te zeggen dat ik niet in mijn kracht gezet moet/wil worden. Hierin zit voor mij weer die afhankelijkheid. Ik zou liever zelf op zoek willen gaan naar mijn eigen kracht en daar kan ik wel – wanneer ik dat wil – mee geholpen worden. 😉

      Hartelijke groet,
      Marjo

  2. Hallo Marjo,

    Mooi stuk. Mooi ook om te lezen dat de wijze waarop gedacht wordt, met alle goede bedoelingen van dien, het tegenoverstelde kan bewerkstelligen. Niemand wil van mantelzorgers zielige mensen maken, hen betuttelen of meer hulpvragen creëren. Goed punt.
    Hoe dan zorgen we dat mantelzorgers zich zelf in hun eigen kracht blijven zetten, dat zij de steunpunten blijven vinden, dat zij niet omvallen als de draaglast toch zwaarder wordt dan de draagkracht?
    Dit is de zorg van de gemeente en van de steunpunten. Door het in zicht krijgen van wie er mantelzorger is, hen informatie over aanbod toe te sturen, bestaat de hoop dat daarmee bij vragen, de mantelzorger de weg kan vinden.
    Daarnaast “De Mantelzorger” bestaat natuurlijk ook niet. Wat voor de een heel betuttelend over kan komen, kan voor de ander een warm bad betekenen.
    In elk geval ga ik dit blog volgen, want ik ben graag op de hoogte van wat er leeft. Mooi tegenlicht op alle ontwikkelingen.

    Hartelijke groeten,
    Froukje Hempenius
    Steunpunt Mantelzorg Elburg (met een frisse blik kijkend)

    1. Hallo Froukje,

      Volgens mij help je het beste door niet gelijk in de modus te gaan zitten dat mensen geholpen willen/moeten worden. Wanneer je deze ‘bril’ afzet, kijk je anders.
      Je schrijft dat je ervoor wilt zorgen dat mensen het steunpunt blijven vinden. Dat is voor mij echt de vraag. Volgens mij kun je het beter omdraaien: Maak je vindbaar! Wordt interessant (of nog interessanter) voor mantelzorgers, ga na of je op hun hulpvraag kunt ingaan. Biedt mantelzorgers de ruimte om hun eigen hulpvraag te formuleren/stellen en trap niet in de valkuil hen te laten kiezen uit een aanbod dat jullie (reeds) bieden. Dat maakt reactief ipv creatief of actief.
      Wanneer je wilt, ga ik er graag met je dieper op in. Mail of bel me dan gerust.

      Vriendelijke groet,
      Marjo Brouns

  3. Hallo Marjo,
    Je weet dat ik het vaker niet eens ben met wat je schrijft en vooral als het om de mantelzorgvrager gaat. In dit stuk kan ik je ook niet helemaal volgen.
    Het is geweldig dat jij alles zo goed geregeld hebt en geen hulp van anderen nodig hebt. Maar er zijn mantelzorgers die dit wel nodig hebben. Zoals bv de werkende mantelzorger, die na lange uren werken thuis ook weer aan de slag moet en zo ook de nacht door.
    Die blij zijn als er iemand naar hun luistert en de weg gewezen krijgen en helpende hand of het luisterend oor aangereikt krijgen. Je hebt geen idee hoeveel mantelzorgers er zijn die niet eens weten dat ze steun kunnen krijgen. En als ze eenmaal weten dat er een steunpunt mantelzorg is, dit ook met beide handen aangrijpen.
    En wat dacht je van de jonge mantelzorger, die zich er voor schaamt om te moeten vertellen dat moeder of vader ziek is en dat zij/hij hun dagelijks moet helpen. Dat er geen tijd naast school en hulp aan ouder voor vrienden en vriendinnen is. En deze jonge mensen zijn zeer eenzaam. Mogen deze jonge mensen alsjeblieft gevonden worden en hulp aangeboden krijgen.
    Een mantelzorger die al meer dan 30 jaar mantelzorg verricht is uitgeput en ja mantelzorg is zwaar ook al vind jij dit van niet. Na jaren dag in dag uit voor je naaste te zorgen (uiteraard vol liefde), ben je kapot. En dan vind je echt geen eigen kracht en creativiteit meer om door te gaan. Maar om te zeggen dat mantelzorg niet zwaar is en dat er hulpbehoevendheid wordt aangepraat door de instanties vind ik erg ver gaan. Je hebt nog altijd de keus om Nee te zeggen, dat je het allemaal zelf wel red. Ik ben bang dat op deze manier alles kapot gemaakt wordt voor de mantelzorgers die wel hulp en begeleiding nodig hebben.
    Bij onze Adviesraad komen heel veel mantelzorgers die blij zijn als ze horen waar ze hulp kunnen krijgen en dat er juist wel hulp is.
    Ik hoop dat ze heel vlug alle jonge mantelzorgers en andere mantelzorgers zullen vinden om hun de reikende hand aan te bieden, die jij afslaat.

    1. Hallo Charlotte,

      Volgens mij verschillen wij niet zoveel van mening als je schetst. In mijn blog schrijf ik niet dat mantelzorgers zonder hulp kunnen (ik zelf kan ook niet zonder hulp). In mijn blog pleit ik ervoor dat mantelzorgers zelf bepalen welke hulp ze nodig hebben en vervolgens op zoek gaan naar die hulp. En wanneer ze de benodigde hulp bij het steunpunt mantelzorg kunnen vinden, dan is dat prima. Net zo prima wanneer je die hulp vindt bij je huisarts, je werkgever, bij vrienden, je buren, bij zorgprofessionals of nog ergens anders.
      Daarom vind ik het ook zo mooi te lezen dat mantelzorgers jullie Adviesraad wel weten te vinden. Da’s ook de kern van mijn blog: Zorg dat je als instantie gevonden wordt. het initiatief om daar gebruik van te maken is aan de burger cq mantelzorger. Blijkbaar hebben jullie dat als Adviesraad goed gedaan.

      Groet,
      Marjo

  4. Marjo, ik ben het met je eens dat het vinden van mantelzorgers geen doel op zich moet zijn. Hoe meer gevonden, hoe beter gescoord, hoe hoger het budget, vind ik slecht.
    Maar ik denk dat je onderscheid zou kunnen maken tussen hen die gevonden moeten worden. Jij hoeft niet gevonden, ik ook niet, maar er zijn er die wel geholpen zouden kunnen worden door een steunpunt. Ik zie Charlotte ook zoiets zeggen. Misschien moeten we gemeenten stimuleren meer specifiek te worden in welke mantelzorgers ze wel en welke niet willen bereiken en ondersteunen. Als ze specifieker zijn, kunnen ze zich ook beter profileren en zullen ze wellicht zelfs beter gevonden worden.

    1. Klopt Cora, da’s ook mijn pleidooi. Ik bedoel in mijn blog met de oproep aan instanties:’Zorg dat je gevonden wordt’ datgene wat jij beschrijft: welke mantelzorgers willen steunpunten bereiken en ondersteunen, ben daar specifieker in en laat dat zien. Dit is ook onderdeel van de benen-op-tafel-sessies die we als sprekendemantelzorgers houden bij gemeenten. Misschien dat we dit daar ook beter moeten uitbouwen of specificeren. Ik doe een voorzet.

  5. Hoi Marjo. Jouw stuk geeft aanzet tot denken. Zeker voor instellingen. Bedankt dat jij je gedachten hierover deelt en anderen daardoor aanmoedigt kritisch te zijn. Ook ik zal eens bij mezelf te raden gaan wat ik hiervan vind. Fijn weekend.

  6. De middenweg misschien?

    Een geweldige goede aan het denkende zettende blog,Complimenten Marjo. Het mooie en het lastige tegelijk is dat ieder mens uniek is en
    dat geen enkele situatie gelijk is.

    Je hebt mantelzorgers die eigen kracht en financiële middelen hebben
    en je hebt mantelzorgers met minder kracht en minder financiën.

    De eerste kan en zal alles zelf oplossen, de tweede zal heel graag hulp
    en ondersteuning willen hebben en ook nodig hebben.

    Inderdaad zal een kaartenbak (bestaan die nog?) niet zorgen voor die noodzakelijk en zo welkome hulp en steun op de juiste plek.

    Maar hoe en waar vind die hulpzoekende mantelzorger steun en hulp?
    Het oplossen van onwetendheid is vaak ook het probleem oplossen.

    We hadden thuis een ergo en een fysio, maar toen mijn moeder beweging nodig had die nog moeilijk kon, moest ik zelf op het idee komen om een
    elektrische kleine trapfiets te kopen.

    Er zullen denk ik meer mantelzorgers en hun “patiënten” ongelooflijk blij zijn met deze informatie. Maar hoe en waar geef en vind je die informatie?

    Misschien is dit wel de echte uitdaging voor alle goed willende hulpverleners en hulp organisaties.

    Hoe laat je die uitgestoken hand zien die hulp biedt en geeft aan diegene die dat willen en nodig hebben? Hoe verander je onwetendheid naar weten?

    Ben heel benieuwd of we dit kunnen realiseren, zeker omdat ik zelf een
    site heb waarin ik al mijn ervaringen en kennis heb verwerkt die ik heb opgedaan na meer dan 10 jaar te hebben gezorgd voor mijn moeder
    met alzheimer, waarbij muziek voor ons een hele grote steun was en
    die heel veel geluk en plezier heeft gegeven aan mijn moeder.

    Maar zit de alzheimer-mantelzorger te wachten op weer een nieuwe hulpsite? Of zijn er alzheimer-mantelzorgers die blij zijn met het 5 stappen muziekplan? Waarmee ze makkelijk plezier en geluk kunnen geven aan diegene met alzheimer en waarmee ze zorghandelingen makkelijker en beter mee kunnen laten verlopen?

    Ik wens iedereen liefde, warmte en wijsheid om zo diegene zo goed mogelijk te kunnen helpen die dit door welke omstandigheid dan ook
    nodig heeft.

    ignar

    .

    1. Hallo Ignar,
      Dank je voor je uitgebreide en mooie reactie.
      Het voorbeeld van de trapfiets, dat is een hele rake! Daarmee laat je precies zien wat ik bedoel: zelf kiezen waar en welke hulp je wilt, in dit geval voor je moeder. Ik zag je website: ik vind het ontroerend te lezen hoe jij en je vader op zoek gaan wat het beste voor je moeder past en hoe jullie daar vorm aan geven. Zoals de I-pod vullen met haar muziek of de gedichten samen doen. Zo krachtig, liefdevol ook. Ik begrijp heel goed dat je de waardevolle ervaringen wilt delen. Volgens mij help je anderen nu al enorm met je ervaringen op je mooie website te delen. Mantelzorgers die geïnteresseerd zijn gaan op zoek en zullen je website vast vinden. Gun hen ook hun eigen regie en hun eigen keuzes en laat je vinden 😉
      Je raakt me met al die gelukjes op je site: Samenwerkings-geluk, Verzorgings-geluk, december-geluk. En je laat goed zien: als het met je moeder goed gaat, gaat het met omringende naasten ook goed en verlicht het de mantelzorg.
      Erg mooi, dank je.

      Groet,
      Marjo

  7. Pingback: Gemeentesport: Mantelzorgers vinden - Mantelzorgelijk

  8. Hallo Marjo,

    Interessant stuk! Ik ben het deels met je eens – maar maar deels. Een stuk van mijn bezwaar zit ‘m in het feit dat jij een zeer (pro-)actieve mantelzorger bent, die zelf heus wel contact opneemt met de juiste loketten op het moment dat je hulp wenst en nodig acht – jij gaat dan zelf wel op zoek. Zoals al meerdere mensen die reageren hierboven aangeven geldt dat helaas echt niet voor iedere mantelzorger. “Zorg dat je gevonden wordt” is een lastig advies aan zorg- en welzijnsinstellingen, gemeenteloketten en wat al niet meer als je weet dat een gemiddeld mens het bestaan van een bepaalde instantie maar 3 weken weet te onthouden zonder dat er voortdurend opnieuw “reclame” wordt gemaakt om dit loket onder de aandacht te brengen. En niet iedereen durft op tijd om hulp te vragen; ik heb al vaker gemerkt dat de schroom om om hulp te vragen soms wel heel groot is, zo groot af en toe dat er onhoudbare toestanden ontstaan.

    Een tweede punt, wat hierboven nog niet genoemd is maar wel interessant, is dat het voor alle zorgverlenende instanties, welzijnsorganisaties en wat er al niet meer over de vloer komt bij ouderen met een hulpvraag, nodig is om de mantelzorgers te kennen. Om de doodeenvoudige reden dat er dan overleg mogelijk is over wat de beste oplossing voor de hulpvraag van de oudere, en wie het beste wat kan oppakken. Nu ik mijn opmerking zo teruglees riekt dat naar “verkennen waar we het beste kunnen bezuinigen door formele hulp te vervangen door informele hulp”, maar zo bedoel ik het niet. Stel dat een thuiszorghulp zich ongerust maakt of het nog verantwoord is om een oudere met dementie thuis te laten wonen – in veel gevallen kunnen mantelzorgers nuttige input leveren voor een – gezamenlijke! – beslissing. Niet mantelzorgers betuttelen dus, maar juist betrekken als degenen die letterlijk het meest van de hulpvrager zien.

    Dat neemt niet weg dat je op de vraag “Waarom moeten mantelzorgers gevonden worden” wel een nuttiger antwoord moet kunnen formuleren dan “daarom”, wat in feite het antwoord was dan je kreeg. Dus ik vind je verbazing (laat ik het zo maar noemen) wel héél voorstelbaar! En als het alleen maar gaat om het zoeken naar mogelijkheden om formele hulp zo veel mogelijk om te zetten naar “gratis” informele hulp, lijkt dat me ook bepaald geen afdoende argument. Al vrees is dat dat in veel gevallen ook een van de, zo niet de belangrijkste, achterliggende reden is….

    1. Hallo Maartje,

      In mijn blog pleit ik er ook voor dat juist de minder (pro)actieve mantelzorgers de ruimte krijgt om zijn eigen hulpvraag te formuleren. In de periode dat ik niet zo actief was (en mantelzorg behoorlijk zwaar vond) had ik veel ‘last’ van iedereen die in mijn vrije ruimte sprong, die het weliswaar goed bedoelden allemaal, wilden helpen, maar tegelijkertijd iets van mij wilde, al was het maar nadenken over de hulp die geboden werd. Ik heb geleerd in die tijd dat het creëren van Rust,Ruimte en Tijd mij bracht bij allerlei O’s: Ontspanning, Overzicht, Ontdekken, Ontwikkeling, Ontplooiing, Overleg, Ontmoetingen, Onthaasten, Ontdooien enz. Dus heb ik die Rust, Ruimte en Tijd goed bewaakt 😉 Dit RRTO bracht mij in balans en leerde mij zo – samen met mijn man – het leven boven de zorg uit te tillen.
      Ik begrijp je tweede punt. De ongeruste thuiszorghulp betuttelt niet als ze in overleg gaat met die mantelzorger en de beslissing laat bij zorgvrager en zijn naasten. Ik zie nog te vaak dat mantelzorger en naasten betrokken worden bij de zorg vanuit het perspectief van de zorgverlener (want die wil graag hulp bieden). Waar we in onze samenleving naar op weg gaan is het omgedraaide: de zorgverlener betrekken bij de zorg voor een naaste. Het zou mooi zijn wanneer de zorgsector deze beweging stimuleert en sterker inzet. En volgens mij wordt deze beweging nu nog te veel afgeremd door de formele zorg.
      Ja, ik kreeg dat ‘daarom’ antwoord en eigenlijk vond ik dat nog niet zo heel erg, want ik wil met mijn blog vooral laten zien dat het ‘willen vinden’ juist niet leidt tot een terugtrekkende overheid, tot meer burgerkracht en eigen initiatief. Nu hoor ik critici zeggen: er zijn altijd mensen die niet zo actief zijn, die hulp nodig hebben. Maar ik ben de laatste die beweert dat mensen geen hulp nodig hebben, ik pleit voor hen de ruimte te geven om dat zelf te ontdekken. Dat RRTO dus.

  9. Hallo Marjo,

    Een mooie blog, en toch….
    Ik ben één van die mantelzorgers die wel gevonden wil worden. Waarom? Juist omdat ik de indruk heb dat de overheid geen helder beeld heeft van alle hulp die al geboden wordt, door al die onzichtbare mantelzorgers. Veel meer hulp zelfs dan ‘even een keer de ramen wassen’ of ‘een keer meegaan naar een arts’. Veel en veel meer wordt al gedaan door al die onzichtbare mantelzorgers. Vandaar dat de overheid denkt dat er heel veel te bezuinigen valt…. want inderdaad, even een keer een boodschap doen voor een dierbare zie je niet als mantelzorg, even een keer de ramen lappen ook niet. Dat doe je gewoon even, voor je dierbare. Pas als er meer zorg nodig is voor je dierbare, veel meer dan je samen kunt realiseren, of veel professioneler, vraag je dat aan. Dan pas…. niet zo maar omdat het kan…. Omdat de overheid al die mantelzorgers niet ziet, hebben ze ook geen idee van de hoeveelheid werk die al verzet wordt door de mantelzorgers.
    Ook voor werkgevers kan de mantelzorgtaak nogal wat consequenties hebben. Onder werktijd gebeld worden door de zorgvrager, zaken regelen voor en met de zorgvrager (dus weer vrij vragen), overleggen met instanties voor en met de zorgvrager… het moet allemaal ‘even’ gebeuren onder werktijd, simpelweg omdat de instanties alleen onder werktijd bereikbaar zijn. De ene werkgever gaat hier soepeler mee om dan de andere, en soms betekent het dat je contract niet verlengd wordt……….. Vanuit de werkgever bezien is dat logisch: je wordt aangenomen om te werken, productie te leveren, niet om tussendoor privézaken te regelen. Maar het is wat de overheid vraagt van ons…. werk en privé combineren.
    En dus wil ik gevonden worden door de overheid. Niet omdat we tot groep hulpbehoevenden behoren, want de meeste mantelzorgers zijn inderdaad niet hulpbehoevend. Maar wel om duidelijk te maken wat er van ons gevraagd wordt…. en van bijvoorbeeld werkgevers.
    Een uurtje of 3, 4, 5 in de week is voor ons best te combineren met de rest van al wat bij het leven hoort. Maar soms zijn het wel 10, 15, 20 uren in de week en dan is het best lastig. Ik vraag me af of de overheid zich dat realiseert. Dus overheid, vindt mij…. en ga met mij in gesprek. Niet omdat ik een hulpvraag heb, maar omdat ik graag duidelijk wil maken wat mantelzorgers zoal doen voor hun dierbare. Zodat de overheid weet wat er werkelijk speelt en wat ze werkelijk vraagt.

    1. Hallo Johanne,

      Je hebt een prachtige en belangrijke boodschap voor de overheid, voor werkgevers, voor de samenleving. Ik herken het en deel wat je zegt. Waarom zou je daarmee wachten totdat je gevonden wordt? Stel dat je niet gevonden wordt, wie hoort je belangrijke boodschap dan? Ik ben in elk geval blij dat je dit hier op deze plek onder mijn blog deelt, dank je wel daarvoor.
      Ik nodig je uit om meer van jouw ervaringen te laten horen of te laten zien. Hoe meer mantelzorgers dit laten zien, des te meer is de daadwerkelijke behoefte en de (hulp)vraag van mantelzorgers zichtbaar. Verhalen en perspectieven van mantelzorgers zijn essentieel voor passend hulpaanbod en begrip.

      Hartelike groet,
      Marjo

    2. Hallo Johanne,
      Het is heel goed om je te laten horen. In de meeste gemeenten is een wmo raad actief. Zij denken met de gemeente mee. Daar zitten meestal ook mensen die de belangen behartigen van een bepaalde groep, zoals de mantelzorgers. Vaak is er per persoon die in de wmo raad zit, een groep als achterban, met ervaringsdeskundigen. Misschien zou je in één van die geledingen iets kunnen betekenen?
      Succes in elk geval.
      Hartelijke groeten,
      Froukje Hempenius
      Mantelzorgconsulent Elburg

  10. Beste Marjo,

    Ook ik vind dat je een goed punt hebt aangesneden op je blog. Net als Johanne, wil ik echter een ‘maar’ hieraan verbinden…

    Als mantelzorgconsulent doe ik mijn best om de mantelzorgers in de gemeenten waarvoor ik werk mij te “laten vinden”. Publicaties in lokale media, een Facebooksite, folders, nieuwsbrief, etc. Maar… nog altijd zijn er veel mantelzorgers die zich niet herkennen in hun rol als ‘mantelzorger’, die geen ondersteuningsvraag stellen of waarvoor je – om welke reden dan ook – niet vindbaar bént. Je kunt je dan nog zo goed proberen te láten vinden, maar als je niet gevonden wórdt, houdt het op. En de praktijk wijst uit dat je hieruit niet mag concluderen dat er dat er dan blijkbaar geen ondersteuningsvragen meer bestaan (omdat ze anders wel zouden worden gesteld…). Er zijn immers nog altijd mantelzorgers die dreigen overbelast te raken en niet weten hoe hier verandering in te brengen. WMO Consulenten, thuiszorgmedewerkers, etc. komen hun steeds weer tegen. Juist ook met hen zijn afspraken gemaakt om deze groep mantelzorgers te vinden.

    Ik ben het helemaal met je eens, als je schrijft dat wij mantelzorgers niet per definitie als “hulpbehoevend” moeten gaan beschouwen. En dat wij ze moeten gaan “vinden” omdat ze allemaal hun ondersteuningsbehoefte niet kenbaar zouden maken. Maar… zoals bij veel dingen, is het vraagstuk niet zwart-wit. Juist in het grijze gebied moet je op zoek blijven om díe mantelzorgers te vinden die jou niet kúnnen vinden.

    Groeten,
    Björn.

    1. Beste Bjorn,

      het is inderdaad niet zwart-wit, net als veel onderwerpen. Ik pleit in mijn blog voor het initiatief meer bij mantelzorgers/burger te laten. Dat dat niet altijd voor iedereen eenvoudig is, dat denk ik ook. Misschien helpt het wanneer instanties/instituten specifieker zijn in welke mantelzorgers ze wel en welke ze niet willen bereiken en vervolgens hoe ze die denken te kunnen ondersteunen. Dat geeft niet alleen meer focus, maar het maakt je als organisatie ook weer ‘vindbaarder’. Nu ik dit zo schrijft, gaat vanalles door mijn hoofd over hoe ik (met andere mantelzorgers) instanties daartoe kan stimuleren….. Dat zou een mooi debat/dialoog/discussie kunnen zijn….

      Vriendelijke groet,
      Marjo

  11. Pingback: Persoonlijke zorg nodig; kiest u voor PGB of ZIN? - Mantelzorg voor Beginners

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *